Alleen al in Europa wonen meer dan 50 miljoen mensen die meer dan 1 taal spreken. Meertaligheid is dus heel gewoon.
In het noorden van Duitsland wordt ook Fries gesproken, Noord-Fries en Saterfries.
Behalve Fries worden er in de provincie Friesland ook verschillende niet-Friese streektalen gesproken, die ingedeeld kunnen worden in twee categorieën. Op de eerste plaats zijn er de Nedersaksische dialecten, die inheems zijn in de zuidoostelijke rand van de provincie.
Er zijn een aantal organisaties die opkomen voor de belangen van het Fries, of er wetenschappelijk onderzoek naar doen.
Het Fries ontstond in de vroege middeleeuwen. Toen werd het steeds meer een eigen taal en begon het zich te onderscheiden van andere verwante Germaanse dialecten, zoals het Oudengels.
Het Fries wordt vooral gesproken op het vasteland van de Nederlandse provincie Friesland.